Na de uitspraak van de Hoge Raad over de slapende dienstverbanden was er op verschillende fronten nog onduidelijkheid. De grootste vraag was toch wel hoe UWV de regeling zou gaan uitvoeren mede in het licht van de uitspraak van de Hoge Raad. Zeker nu het arbeidsrecht – en met name de berekeningswijze en hoogte van de transitievergoeding – per 1 januari a.s. wijzigt en de Wet compensatie transitievergoeding pas per 1 april 2020 in werking treedt. Minister Koolmees schept wat meer duidelijkheid.
De minister heeft op verschillende vragen antwoord gegeven. De vragen zien met name op de hoogte van de (maximale) compensatie en de interpretatie van het arrest van de Hoge Raad van 8 november 2019. Over dat arrest van de Hoge Raad schreef ik al eerder.
Koolmees heeft ten aanzien van het tweede maximum besloten dat dit vooralsnog niet in werking treedt.
Heeft u nog slapende dienstverbanden in het personeelsbestand? U doet er verstandig aan daarover nog op korte termijn in gesprek te gaan met de werknemer en over de beëindiging van het dienstverband nog voor 1 januari 2020 overeenstemming te bereiken. In dat geval kunt u met de werknemer afspraken maken over de hoogte van de te betalen beëindigingsvergoeding. Weet dan dat de compensatie wordt vastgesteld op de transitievergoeding per 104 weken arbeidsongeschiktheid conform de – nog in 2019 geldende – oude berekeningswijze. Als u nog in 2019 beëindigt (of daar afspraken over maakt), voorkomt u dat u een veel lagere transitievergoeding ontvangt.
Lees in ons artikel welke stukken u allemaal moet hebben voor het indienen van een compensatieverzoek:
Meer info/contact
Heeft u hulp nodig bij het opstellen of nakijken van een beëindigingsovereenkomst wegens langdurige arbeidsongeschiktheid die aan de compensatievereisten voldoet? Neem gerust contact op met Janneke Jacobs of een van onze andere arbeidsrechtspecialisten.