Wetsvoorstel tot herziening Woningwet aangenomen
Op 17 maart jl. heeft de Eerste Kamer, na een lange voorbereiding, ingestemd met het wetsvoorstel voor de wijziging van de Woningwet. De herziene Woningwet zal waarschijnlijk op 1 juli 2015 van kracht worden.
Hierbij een aantal belangrijke punten op een rij:
- Woningcorporaties dienen zoveel mogelijk terug te keren naar hun kerntaak: namelijk het bouwen, verhuren en beheren van sociale huurwoningen aan mensen met een laag inkomen of aan mensen die om andere redenen moeilijk passende huisvesting kunnen vinden. Er worden regels gesteld over het passend toewijzen van woningen aan huishoudens met bepaalde inkomens. Slechts 10 % van sociale huurwoningen zal nog ‘vrij’ mogen worden toegewezen.
- Voor activiteiten buiten de kerntaak (de zogenoemde ‘niet-DAEB’) geldt dat woningcorporaties die activiteiten alleen nog maar mogen uitvoeren als uit een markttoets van de gemeente blijkt dat marktpartijen geen interesse hebben. Na uitvoering van die markttoets door de gemeente, is het aan de Autoriteit Woningcorporaties om te beoordelen of de markttoets voldoet aan de voorschriften én of de werkzaamheden van de woningcorporatie wel passen in het eigen werkdomein. Daarnaast beoordeelt het Waarborgfonds Sociale Woningbouw (WSW) of de werkzaamheden niet een te zware financiële belasting vormen voor de werkzaamheden binnen de kerntaak. De markttoets is overigens niet verplicht bij herstructureringen en het slopen en bouwen van sociale woningbouw op verzoek van de gemeente.
- Woningcorporaties moeten bijdragen aan het gemeentelijk volkshuisvestingsbeleid. Die bijdrage wordt vastgelegd in prestatieafspraken tussen gemeente, bewonersorganisatie en de woningcorporatie.
- Woningcorporaties worden wettelijk verplicht om hun ‘DAEB-activiteiten’ (de activiteiten binnen de kerntaak) los te koppelen van hun ‘niet-DAEB-activiteiten’, welke scheiding ervoor moet zorgen dat maatschappelijk bestemd vermogen daadwerkelijk als zodanig wordt ingezet. Kleine woningcorporaties kunnen overigens van die scheiding worden vrijgesteld.
- De herziene Woningwet stelt regels aan de kwaliteiten van de leden van het bestuur en de Raad van Toezicht van de corporaties. Daarvoor zal een zogenoemde ‘geschiktheidstoets’ gaan gelden.
- Er komt een nieuwe Autoriteit Woningcorporaties die toezicht houdt op alle woningcorporaties. Die autoriteit beoordeelt het financiële en volkshuisvestelijke beleid, het beheer en de financiële situatie van de woningcorporaties.
- Het WSW, dat de leningen van de woningcorporaties borgt, komt onder toezicht van de gemeenten te staan en zal ook de sanering van woningcorporaties voor haar rekening nemen
Herziene Woningwet
Met de inwerkingtreding van de herziene Woningwet laait in de literatuur ook weer de discussie op over de vraag of woningcorporaties onder de nieuwe wet als aanbestedende dienst moeten worden aangemerkt, namelijk als zogenoemde ‘publiekrechtelijke instelling’. Bij dit laatste gaat het o.a. om instellingen waarvan het beheer – kort gezegd – is onderworpen aan toezicht door de overheid.
Op grond van de nieuwe Woningwet wordt straks (meer) toezicht uitgeoefend door de Minister en gemeenten en is verdedigbaar dat aan dit ‘toezichtcriterium’ wordt voldaan.
Een interessante vraag die zal gaan spelen is hoe de Europese Commissie en de Nederlandse en Europese rechter daar tegenaan gaan kijken. Daarop zullen wij ongetwijfeld nog terugkomen in latere artikelen.
Meer weten?
Heeft u naar aanleiding van het voorgaande aanbestedingsrechtelijke vragen, dan kunt u contact opnemen met Moniek de Cock of Koen Peters. Heeft u vragen over de Woningwet in het algemeen, dan kunt u daarvoor bij Dennis Janssen of Moniek de Cock terecht.
Lees ook
Koen Peters, 11-01-2018
Aanbestedingsrecht
Koen Peters, 14-12-2017
Aanbestedingsrecht
Moniek de Cock, 17-11-2017
Aanbestedingsrecht
Moniek de Cock, 08-06-2016
Aanbestedingsrecht
Moniek de Cock, 30-11-2015
Aanbestedingsrecht