Voor het rechtsgeldig aangaan van een concurrentiebeding gelden strenge eisen. Met name de schriftelijkheidseis is belangrijk. In die eis is de waarborg gelegen dat de werknemer de consequenties van het beding goed heeft overwogen. Een concurrentiebeding beperkt immers het recht op vrije arbeidskeuze van de werknemer. Maar hoe zit het met het relatiebeding, een beperkte vorm van een concurrentiebeding? Gelden hiervoor dezelfde strenge eisen?
De eisen voor het concurrentiebeding zijn ook van toepassing op het relatiebeding. Zo oordeelde de Hoge Raad op 3 maart 2017. De schriftelijkheidseis mag niet worden onderschat, zo bleek uit de uitspraak die de Hoge Raad deed in deze zaak.
Een werknemer, belastingadviseur, had ontslag genomen waarna hij een eigen onderneming startte en relaties van zijn ex-werkgever bediende. Volgens zijn voormalig werkgever, een adviesbureau, overtrad de werknemer daardoor het tussen hen gesloten relatiebeding en was hij een boete verschuldigd op grond van de boetebepaling. De ex-werknemer was het hier niet mee eens. Volgens hem was het relatiebeding niet rechtsgeldig overeengekomen omdat niet aan het schriftelijkheidsvereiste (neergelegd in artikel 7:653 lid 1 BW) was voldaan.
De Hoge Raad oordeelde dat het relatiebeding aan dezelfde strenge wettelijke eisen (en de uitwerking daarvan in de rechtspraak) moet worden getoetst als het concurrentiebeding. Het relatiebeding was niet in de arbeidsovereenkomst zelf opgenomen, maar in het personeelsreglement. In de arbeidsovereenkomst was niet vermeld dat in het personeelsreglement een relatiebeding was opgenomen. Volgens de tekst van de arbeidsovereenkomst was het personeelsreglement aan de arbeidsovereenkomst gehecht.
De ex-werknemer stelde echter dat dit reglement niet bij de arbeidsovereenkomst was gevoegd, waardoor het aan de ex-werkgever was om het tegendeel te bewijzen. De ex-werkgever slaagde daar niet in, waarop de Hoge Raad oordeelde dat niet aan de schriftelijkheidseis was voldaan en dat het relatiebeding daardoor niet rechtsgeldig was overeengekomen. De ex-werkgever ving zodoende bot.
Let er dus ook bij het aangaan van een relatiebeding op dat aan de wettelijke eisen wordt voldaan. Vooral de strenge schriftelijkheidseis moet niet worden onderschat. Als werkgever kun je tegen een bewijsprobleem aanlopen als het beding niet in de arbeidsovereenkomst zelf is opgenomen. Advies is om het beding ofwel in de arbeidsovereenkomst zelf op te nemen ofwel in de arbeidsovereenkomst te vermelden dat werknemer nadrukkelijk verklaart in te stemmen met het concurrentie-/relatiebeding zoals dat is opgenomen in het nader te noemen bijgevoegde document. Het is vanzelfsprekend het duidelijkst om het beding in de arbeidsovereenkomst zelf op te nemen.
Meer informatie
Wilt u meer weten over dit onderwerp? Neem dan gerust contact op met Sabine van Loon of met één van haar collega’s van onze sectie arbeidsrecht.
Bij het opstellen van een concurrentiebeding is het belangrijk dat u zorgt voor een goede formulering van uw wensen. Bekijk hier onze tips.